7 maart 2013

La patagonia - El fin del mundo

En toen was daar eindelijk de langverwachte reis naar Patagonië!
We vertrokken met enig voorbehoud en dik ingeduffeld - de fauna en flora zou er prachtig zijn werd ons gezegd, maar er werden ons temperaturen rond de 10 graden beloofd. Gelukkig bleken we dit keer (in tegenstelling tot de reis naar pucon) het geluk volledig aan onze kant te hebben; warm en zonnig weer en een prachtige reis die onze verwachtingen ruim oversteeg - gracias a dios!
We namen een vliegende start richting Buenos Aires, waar we door de ruim gerekende aansluitingstijden meteen een nachtje op de luchthaven mochten doorbrengen. Geweldig was dat, illegaal slapen op de zachte zeteltjes van een luxe-restaurant! De spanning steeg nog toen onze vlucht naar Ushuaia noodgedwongen moest tussenlanden in Rio Gallegos wegens te veel wolken en dus onlandbaar in Ushuaia. Gelukkig kwam alles nog op zijn pootjes terecht toen de wolken een uur later opgetrokken bleken en we verder mochten naar onze bestemming. Ideaal, want Rio Gallegos is één de weinige grotere steden in Patagonië die we niet zouden aandoen op onze trip want niet zo interessant, maar op deze manier kunnen we toch zeggen dat we er geweest zijn zonder er al te veel tijd verloren te hebben. Een meevaller!

Bewijsmateriaal Rio Gallegos

Iets later dan verwacht kwamen we aan in Ushuaia, ideaal want zo was de meest zuidelijke en kouwelijke stad van Latijnse-Amerika (je kunt antarctica bezoeken vanaf daar) al lekker opgewarmd tegen dat we arriveerden. Topjesweer vlakbij de zuidpoolcirkel, wie had dat gedacht! En gelukkig waren we nog mooi op tijd om aan dek te springen op de boot waarmee we uitvaarden op het beaglekanaal, genoemd naar de beroemde boot waarmee Darwin hier bijna 300 jaar geleden op ontdekking kwam. In het spoor van Darwin bevaarden we de wateren rond Tierra del Fuego (of vuurland) met de bedoeling wondere dieren op het spoor te komen. Een missie waar we wonderwel in slaagden; we zagen achtereenvolgens zeewolven en -leeuwen, witte vogels die wat van pinguins weghebben maar het niet zijn en echte pinguins! 

 
De valse vuurtoren 'Fin del mundo'

Aangezien er iedere dag een aantal boten datzelfde toertje maken zijn de dieren al aardig gewoon aan mensen en konden we ze van heel dicht bekijken. De zeeleeuwen brulden, snoven en kronkelden over elkaar op weinig elegante wijze om ons te vermaken. 

De pinguins van hun kant stonden met honderden onbeweeglijk op hun eiland, kriskras door elkaar maar zonder een vin te verroeren, met uitzondering van een enkeling die zich aan enkele waggelende stappen waagde. Vreemd zicht, het leek wel een imitatie van de beelden op het paaseiland. Er waren trouwens veel peuter-pinguintjes (iets meer dan een maand oud) te zien die wel wat actiever waren. Vreemd genoeg waren ze al even groot als hun ouders; blijkbaar sparen pinguinouderparen het eten hun mond om hun kinderen snel te doen groeien - van ouderliefde gesproken!! Onderweg werd ons de documentaire 'march of the pinguins' getoond over het harde leven van een pinguin, ontroerend!






Omdat het aan dek best frisjes was en er heel veel wind stond, zat het merendeel van de mensen binnen om als een kudde naar buiten te stormen met fototoestel in de hand op het moment dat een dier zich buiten presenteerde. 


Wij hielden echter dapper stand (een woordje van bewondering voor Lien die de volle 6 uur de wacht hield in de kou) en posteerden ons stoer aan de boeg van het schip (hoewel, die stoerheid verdween toen ik een wanhopige strijd moest leveren om mijn zomerrokje niet prijs te geven aan de wapperende noordenwind). 


Het zicht was dan ook meer dan de moeite waard: een groot kanaal met een karakteristieke vuurtoren en aan beide kanten een omgevende bergketen, de ene op Argentijnse en de andere op Chileense bodem. 




Als beloning voor het lange wachten kregen de
kijklustigen een schitterende zonsondergang te zien!
Want ook het einde van de wereld is bron van geschillen en gevoeligheden: Argentinië heeft indertijd de helft van het gebied veroverd op Chili. Argentinië claimt nu de meest zuidelijke stad van het continent (Ushuaia), maar Chili heeft een nog zuidelijker dorp (Puerto Williams) dat volgens Argentijnen echter te klein is om die titel te verdienen. Chilenen en Argentijnen, het blijft toch rivaliteit... Desondanks, hoewel we ons al echte Chilenen voelen maakten we toch kennis met enkele sympathieke Argentijnen. Wat meteen opvalt: ze zijn veel blanker en hebben vaker blauwe ogen dan de Chilenen. De verklaring is even simpel als gruwelijk: in Argentinië werden nog zoveel meer indianen uitgemoord dat er bijna geen meer overbleven. Dus moesten er massaal veel Europeanen worden ingevoerd om het land te vullen, vooral Duitsers. Een heel trieste geschiedenis heeft dit continent, zo zei me enigszins weemoedig een Argentijnse dame met Duitse wortels. Niet alleen dat bloederige verre verleden, ook het feit dat alle Latijns-Amerikaanse landen tot voor kort hun eigen dictatuur hebben gekend en daar nog de littekens van dragen...

 Om weer op temperatuur te komen na de boottocht, trokken we ons terug in het heel gezellige hostal. Daar maakten we tot onze verbazing kennis met 3 andere Vlamingen! Twee Gentse meisjes samen op rondtrek en een Antwerpse jongedame die helemaal alleen Chili en Argentinië doorkruist. En zo ontmoetten we er nog veel: Patagonië is blijkbaar de ideale bestemming om alleen te reizen, in het bijzonder voor frêle jonge meisjes die zichzelf nooit alleen hadden zien reizen lijkt het wel. Bijna alle toeristen hier zijn Europeanen en bovendien bezoekt iedereen dezelfde dingen en kom je mekaar dus vaak opnieuw tegen, dat geeft wel veilig gevoel. We maakten ook kennis met een oude Deense dame die al zoveel heeft gereisd in haar leven dat ze niets van wat ze ziet nog de moeite vindt omdat ze het ooit ergens anders nog spectaculairder heeft gezien. Niet echt opwekkend als je vindt net de ervaring van je leven te hebben gehad!

De volgende dag leidde ons naar het nationaal park van Tierra del Fuego (vuurland). Echt een vurige indruk maakte het niet (de naam zou komen van meneer Magellaan die vuren van de indianen zag branden op het eiland), maar mooi was het zeker wel. Meren, bergen met sneeuw, groenen bossen, gele vlaktes en dat allemaal vlak bij elkaar! 














Wandelend in de bossen voelden we wel aan dat dit het einde van de wereld is, zo onnatuurlijk stil was het daar dat het wel het voorgeborgte leek! Een interessant weetje is dat er op heel het eiland geen amfibieën en reptielen voorkomen, wat best vreemd is. Een verklaring is dat het hele gebied tot voor kort (amper enkele tienduizenden jaren) nog bedekt werd door een gletsjer van een kilometer hoog en dat alle fona en flaura dus nog jong is. Toch enkele dieren die we zagen: een vogel die door mij als Argentijnse kip werd bestempeld (die domme blik!) en door Isabelle als een soort Condor (want die werden ons beloofd in de reisbrochure) -we zijn er nog niet uit- en enkele grijze vossen die zich graag aan het publiek toonden.

We bezochten nog een klein museumpje over de oorspronkelijke bewoning van Vuurland. Blijkbaar woonden hier 4 verschillende indianenstammen, ter hoogte van Ushuaia waren dat de Yahgan. Ze leefden heel primitief en droegen ondanks de barre weersomstandigheden geen kleren. Ze waren niet echt opgezet met de komst van de westerlingen in hun gebied (vermoordden missionarissen) en weigerden zich te plooien naar Westerse leefgewoontes. Daardoor werden ze door Darwin beschreven als 'het 'domste mensenvolk' dat hij op zijn vele reizen ontmoet had, hij vroeg zich zelfs af of ze wel als mensen konden beschouwd worden. Waarna ze als volk verwaarloosd werden en tenondergingen aan Europese importziektes - op enkele jaren tijd waren ze uitgeroeid. Een ander indianenvolk dat even verderop leefde maakte grote indruk op de Spaanse conquistadores vanwege hun grote gestalte (1,75m in tegenstelling tot de 1.5m van de toenmalige gemiddelde Spanjaard) en vooral vanwege hun grote voeten. Vandaar de naam 'Patagonia', vrij vertaald land van de grootvoeten!
 Na de ongerepte vrijheid van het park ging het richting plaatselijk gevangenismuseum. Het verhaal: toen Argentinië plots in het bezit kwam van een stuk vuurland, wilden ze er een stad stichten, Ushaia. Omdat de omstandigheden aan het einde van de wereld niet echt uitnodigend zijn (in de winter bitter koud, tot een meter sneeuw en slechts 5 uur licht per dag) vonden ze geen andere oplossing dan enkele gevangenissen te bouwen om hun stad te bevolken. Iedere gevangene in het land die recidiveerde werd naar Ushuaia gestuurd. Een effectieve straf: de gevangenen moesten bij aankomst hun eigen gevangenis nog helpen bouwen, wie weg wilde vluchten bevroor of verdronk. De gevangenen verouderden er aan sneltempo, we zagen een foto van een man van 35 die er 70 uitzag. Straffe verhalen genoeg verbonden aan de gevangenis: de jonge Russische anarchist die te jong was voor de doodstraf en dan maar naar Ushuaia werd gestuurd. Hij bereidde een perfecte ontsnappingspoging voor, maar eenmaal buiten miste hij zijn vrienden in de gevangenis en liet zich terug oppakken. Of de domme gevangene Pipo die wilde ontsnappen via de rivier en verdronk, waarna die rivier de 'rio pipo' werd genoemd om andere waaghalzen af te schrikken. Of de jongen die als gevolg van een heel gewelddadige opvoeding en mentale achterstand door sifilys die hij bij de geboorte opliep een kindermoordenaar werd. Of de onverbeterlijke boef die had gezworen nooit voet aan land te zetten in Ushuaia en zijn belofte hield door na zijn veroordeling van het schip te springen met de loden bol nog aan zijn been en ze zonk en verdronk. Of de crimineel en fraudeur die zich na jaren opsluiting bekeerde en speelgoedfabrikant werd. Een beklemmend bezoek!




 
En dat was meteen het einde van onze tweedaagse in het einde van de wereld. Het was heel erg de moeite geweest, maar we zagen er toch naar uit terug te keren naar de bewoonde wereld! En we hunkerden ook naar Chili, want met die Argentijnse uitspraak hadden we het weer even helemaal gehad..

Geen opmerkingen:

Een reactie posten